Schrijven als een ambtenaar? Verleden tijd!

Terras in Parijs

De zon schijnt, je hebt weinig tijd en wilt toch een artikel of blog schrijven. Voor de zichtbaarheid, de klantenbinding, de vingeroefening… Wat doe je?

1. Kader je tijd in, zodat het je geen uren gaat kosten. Hoeveel tijd wil je er maximaal aan besteden, aan die eerste versie? 30 minuten? Driekwartier?

2. Blok je tijd in je agenda. Het liefst ’s ochtends rond koffietijd, of halverwege de middag. (Waarom? Dat merk je bij punt 3.) Blok de 20 minuten ervoor en erna ook. 

3. Neem de kaart van je stad, woonplaats of werkomgeving en zoek een leuk café, terras of stukje kade, niet te ver weg (2 km max.).

4. Pak 2 pennen en 1 opschrijfblok, gooi eventueel een inspiratiebron in je tas en loop naar je stek. Al lopend ga je over je onderwerp nadenken. Wat wil je kwijt? Voor wie? Waarom eigenlijk? Waarover kun je het hebben vandaag? Kom je iets leuks tegen? Iets bijzonders in het nieuws? Kan allemaal.

5. Gearriveerd? Zoek een tafeltje of stoeptegel in de zon en schrijf op wat je al lopend bedacht hebt, wat je om je heen ziet of wat er op dat moment door je hoofd schiet. Zelfs als je denkt dat dat er helemaal niet toe doet. Je zult merken dat je na 5 of 10 minuten toch op iets zinnigs komt. Echt.

En het mooie is: je geniet niet alleen van de zon en schrijft ondertussen je stuk (iets met nuttig en aangenaam). Er is nog een voordeel.

Het blijkt namelijk dat de blogs en artikelen waaraan je begint met een ‘waar-zal-ik-het-nu-weer-eens-over-hebbenhouding’ vaak de meeste (positieve!) reacties uitlokken bij je lezers.

 

Hoe dat kan?

Je schrijft vanuit deze houding bijna automatisch op een persoonlijke manier (en niet als een academicus). Een lezer voelt zich dan ook persoonlijk aangesproken en zal sneller ‘terugpraten’.

– Zittend op die stoeptegel – met je benen bungelend langs de kade – of op dat terrasje schrijf je meer op je gemak en minder als een ambtenaar. Dat resulteert in een tekst die lekkerder leest. Daar houden lezers van.

– Bovendien is de kans groter dat je lezer zich herkent in de situatie die je beschrijft en zich daardoor meer betrokken voelt.

Drie keer winst dus (weinig tijd, een goede stek, enthousiaste lezers).

 

Maar pas op: dit is pas de eerste versie.

Ga in de getypte eindversie van je stuk (als je weer keurig op kantoor zit) niet alle leuke dingen de nek om draaien. Nergens voor nodig. Zodra je in de Van Dale of het Groene Boekje moet opzoeken hoe je een woord schrijft, kun je beter een ander woord kiezen. Want woorden die je moet opzoeken, gebruik je blijkbaar niet zo vaak. En dat geldt waarschijnlijk ook voor je lezer…

Schrijf je toch liever een meer academisch stuk, omdat dat meer bij je lezer, je onderwerp of jou zelf past? Prima natuurlijk. Trek er dan wel (flink wat) extra tijd voor uit (en realiseer je dat dat ook voor je lezer geldt).

© Annet Achterkamp-Talsma

 

 

“Weg met die tegels!”Een onderzeeër die ijsbergen maakt...